* NIEUW NETBOOK NUMMER 63
Aan onze digitale bibliotheek werd een nieuw nummer (63 al) toegevoegd, nl.
THIERRY DELEU - DICHTERS DROMEN LUCIDE
10 JAAR NEDERLANDSTALIGE POËZIE -
EEN EIGENGEREIDE KEUZE
Bert Bevers Philippe Cailliau Job Degenaar Jenny Dejager Frans Depeuter Christine D’haen Lies Van Gasse Bärbel Geijsen Tine Hertmans Joris Iven Frans Kuipers Jan Lauwereyns Bert Lema Mark Meekers Edith Oeyen Francis de Preter Eric Rosseel Xavier Roelens Hannie Rouweler Ina Stabergh Peter Theunynck Joris Maurits Vanhaelewyn François Vermeulen
*
In zijn inleiding verwoordt de auteur zijn intenties als volgt :
Nog altijd zoeken de dichters het dicht bij huis, het navelstaren wordt wel eleganter opgediend. Algemeen is schrijven voor de meeste schrijvers en dichters ontsnappen uit de rauwe werkelijkheid, ver weg van desillusies, agressie en domheid. Schrijven is ook afrekenen met clichés, (waan)beelden, foute interpretaties, verkeerd imago, opdringerigheid, overregulering. Therapeutisch? Ja, zeker? Schrijven is afreageren. Schrijven is ook een nieuwe werkelijkheid creëren waar het aangenaam is om te vertoeven, waar personages opduiken die je anders nooit zou ontmoeten, waar je van twee, drie mensen uit je omgeving één nieuwe mens maakt, met ofwel alle deugden ofwel alle ondeugden van hen. Schrijven is ook taboes doorbreken, jezelf de kans gunnen om in de fout te gaan, om dagelijkse tot doodzonden te verheffen, om aan je verbeelding macht te delegeren om er een personage mee onderuit te halen. Schrijven is dichten, vertellen, overtuigen, wenen, uitbundig leven, anderen beoordelen, loven, kritisch bijsturen, te boek stellen. In dit essay beperk ik mij echter tot de poëzie. Een recensie heeft twee doelen: enerzijds consumentenvoorlichting en anderzijds duiding. In een goede recensie gaan die twee samen. Door de bundel historisch, maatschappelijk en cultureel een plaats te geven, maakt de recensent zich tot een consumentenvoorlichter.
Als recensent schrijf ik in de eerste plaats voor de lezers. Niet voor de dichter, de uitgever, de subsidieverstrekker. Of mijn recensies enige invloed hebben op de dichter of op het cultuurbeleid in zijn land, vind ik minder belangrijk.Daaruit volgt dat ik, als recensent, buiten uitgever en overheid moet blijven staan. Ik mag mij niet laten annexeren door de een of de ander. Wie dit principe niet deelt, ruikt naar ballotage. De lezer heeft, hoe dan ook, het laatste woord...
*
*
Een essay dat diepdravend, zoals wij dat van deze auteur gewend zijn, een staalkaart van de recente poëzie ontleedt en becommentarieert. Een must voor elke rechtgeaarde poëzieliefhebber!